Met uitspraken als: “Meid, je loopt als een koe,” en “Je mag wel wat afvallen,” maakte hij zich niet populair bij de kandidates van Holland’s Next Top Model. Het gevreesde jurylid zelf zit er niet mee: “Ik ben gevraagd om mijn mening te geven, maar die meiden hadden zoiets van: Who the … is Bastiaan van Schaik eigenlijk?” Topics vroeg het hem op de man af.
Bastiaan van Schaik (1969) is chef mode van Avant Garde, fashiondirector van de online Styleguide, ambassadeur van shopvip.com, columnist voor Glossy, gastdocent op de modeacademie en jurylid en coach van Holland’s Next Top Model. Daarnaast doet hij gemiddeld vijf fotoshoots per week en zit hij front row bij alle – grote – modeshows van Parijs, Milaan en New York. Als fashion-insider heeft hij weinig op met de smaak van de gemiddelde Nederlander, met name die van de dames. Dat geeft wel enige hoofdbrekens over de eigen outfit. Wat trek je aan voor een afspraak met een man die bekend staat als überstylist van de Nederlandse modewereld’? Gelukkig blijkt Bastiaan zelf die ochtend niet bepaald overdressed. Gekleed in een korte rafelige broek, basic t-shirt en plastic teenslippers opent hij de deur van zijn appartement aan het IJ. Hij begroet mij met een energieke handdruk en een brede glimlach. Met de kat op schoot steekt hij meteen van wal. Om een half uur en twee koppen koffie later opeens bulderend van de lach te zeggen: “Maar goed, stel je eerste vraag.”
Hoe doe je dat allemaal? “Ik ben gewoon altijd aan het werk, maar ik vind het ook allemaal zo leuk wat er op me afkomt. Ook lastige klussen zie ik elke keer weer als een soort van uitdaging. Zelfs als ik weer eens een ster moet doen waarvan ik denk: wat moet ik daar nu weer mee? De jonge sterren van tegenwoordig kunnen erg lastig zijn omdat ze aan een bepaald imago vastzitten. Daar probeer ik dan wel de grenzen van op te zoeken.”
Hoe ziet jouw gemiddelde werkweek eruit? “Chaotisch. De shoots en modeshows staan gepland, de rest is blanco space. Nou ja, niet echt blanco, maar ik kan deels zelf bepalen wanneer ik werk, desnoods om twee uur ’s nachts. Mijn week is een aaneenschakeling van presentaties, shows, reizen en véél vergaderen, daar baal ik wel eens van. Iedereen moet zijn mening geven, dat snap ik wel, maar waarom moet dat zolang duren? Zelf hak ik altijd snel de knoop door.”
Ga je wel eens met vakantie? “Nee. Ik neem wel eens twee uur vrij, maar dan ben ik er weer klaar mee. Bovendien ben ik overal al geweest. Ik reis voor mijn werk de hele wereld over. Ik vlieg business-class, word opgehaald in limo’s en verblijf in de meest weelderige hotels, maar ik kan nooit lang bij een zwembad liggen. Dat vind ik zonde van mijn tijd. Als je dood bent, lig je nog lang genoeg. Ik weet dat je af en toe moet slapen, maar het leven is te leuk om daar veel tijd aan te besteden.”
Hoe ben je in het vak terecht gekomen? “Als kind keek ik al naar foto’s van modeshows in de Burda van mijn moeder, en ik kocht de Vogue van mijn zakgeld. Ik vond Yves Saint Laurent geweldig! Ik heb ook een tijdje gedacht dat ik ontwerper wilde worden, maar dat vond ik uiteindelijk te veel gedoe. Tijdens mijn opleiding Modemanagement heb ik stage gelopen bij verschillende ontwerpers. Daar zag ik voor het eerst stylisten aan het werk. Ik dacht: wow, dat is een goed vak. Eigenlijk ben ik per toeval ontdekt. Ik deed de styling van een fotoshoot voor een vriendin op de fotoacademie. Die foto’s kwamen bij Elite terecht en daar waren ze net op zoek naar een stylist. Ik ben daar een van de beste stylisten van Nederland gaan assisteren, Maarten Spruyt. Ik vind hem nog steeds de beste.”
Ooit getwijfeld of je het kon? “Nee, je hebt smaak of je hebt het niet. Je moet alleen weten hoe het werkt en waar je het vandaan haalt. Daarbij neem ik mode ook niet zo zwaar, het is entertainment. Eigenlijk is mode het nieuwe porno, pure entertainment dus.”
Wie bepaalt de mode? “Vroeger waren dat de modeontwerpers, tegenwoordig doen stylisten dat. Er zijn nu zoveel modeontwerpers dat er keuzes gemaakt moeten worden. Een stylist kiest het beste van alle ontwerpers en bepaalt daarmee de trends. Als ik vind dat kant de nieuwe trend moet worden, dan haal ik alleen de kledingstukken met kant uit de rekken.”
Hoe vind je de styling van bijvoorbeeld Idols-kandidaten? “Niet altijd geweldig, maar die stylisten hebben het ook wel moeilijk. Ze moeten elke week een nieuwe look creëren, en de kandidaten hebben normale maten. Ik werk vooral met modellen en die hebben ideale maten, alles staat ze goed. Bovendien hoef ik modellen niet tevreden te stellen; zij zijn er om mijn visie uit te dragen. Als er eentje begint te zeuren over een jurkje, werk ik daar ook nooit meer mee.”
Hoe zit het met het modegevoel in Nederland? “Nederlanders doen niet aan mode, ze praten er wel veel over. Ook typisch Nederlands: niet te veel opvallen. Als Nederlanders fashion kopen, is het meestal zwart. De mannen doen het beter dan de vrouwen, zeker de jongeren. Ik denk dat dit de invloed van de medelanders is, die Marokkaanse jongens zien er zo goed uit. Ze zijn merkbewust en gaan er met de meiden vandoor. Andere jongens willen dat ook. Jonge meiden vervallen snel in videoclipstyling. Ze kleden zich in een hotpence met naveltruitje. Bij Jennifer Lopez staat dat geweldig, maar in zo’n clip zit wel vele uren postproductie op haar billen. In het echte leven is zo’n outfit meestal niet aan te raden.”
Heb je nog stylingtips voor onze secretaressen? “Ik vind dat je als vrouw in een representatieve functie altijd hoge hakken moet dragen. De enige platte schoenen die kunnen, zijn ballerina’s. Mijn advies: koop een stel mooie pumps, én zorg voor een goede tas. Dat hoeft niet meteen de duurste designertas te zijn, maar hij moet wel mooi zijn, én van leer. Met een slechte tas ruïneer je je outfit. Er goed uitzien is ook een kwestie van verzorging. Amerikaanse carrièrevrouwen gaan drie keer in de week naar de kapper, en ze laten hun nagels doen. Die vrouwen zijn ook druk, maar dat plannen ze gewoon in.”
Hoe was Holland’s Next Top Model? “Geweldig, maar sommige meiden konden mijn bloed wel drinken. Ik ben heel direct. Veel meiden zijn net te zwaar om internationaal door te breken. En als iemand als een koe loopt, haal je ook de catwalk niet. Dat klinkt misschien lullig, maar zo is het wel. Veel van die opmerkingen zijn er overigens uitgeknipt. Toen ik mezelf terugzag, was ik verbaasd hoe vriendelijk ik overkwam.”
Tot slot, wat maakt je gelukkig? “Leuke mensen om me heen, lekker eten, de geur van gemaaid gras, het feit dat ik me gezond voel, maar vooral mijn ding kunnen doen. Ik heb van mijn passie mijn werk gemaakt, dat zou iedereen moeten doen. Hoe vaak hoor je niet het gezeur van mensen die hun baan niet leuk vinden, of niet gelukkig zijn in hun relatie. Ik denk dan altijd doe er iets aan. Ga scheiden, neem een andere baan, volg je hart dan komt er altijd iets goed uit.”
Topics, magazine StarJob, november 2008, bureau: Campaigns&Results, foto: Allard Honigh, tekst: Moniek Moorman