De X-factor van Trijntje Oosterhuis

Het gaat goed met ‘onze’ Trijntje. Haar laatste album The Look Of Love werd in no time platina. De bijbehorende concerten met het Metropole Orkest waren meteen uitverkocht. Toch blijft er altijd iets te wensen over. Maar waarschijnlijk gaat ook Trijntjes grootste wens binnenkort in vervulling.

Topics meets Trijntje. Locatie: The College Hotel in Amsterdam. De zangeres heeft net een fotoshoot voor De Telegraaf gedaan en ziet eruit alsof ze zo gaat optreden. Maar dat gaat niet gebeuren, de rest van de middag is gereserveerd voor interviews. Een kamermeisje in klassieke kamermeisjesoutfit – zwart jurkje, wit schortje – vraagt of we iets willen drinken. Trijntje bestelt een grote pot muntthee: “Het liefst met van die takken erin, héérlijk!” De persagente van haar platenmaatschappij EMI Music meldt nog even dat er straks nog meer journalisten komen. Hoog tijd voor een gesprek met een van Neerlands beste zangeressen.

Tranen. Dat Trijntje kan zingen, wisten we al. Maar in haar nieuwste project – de wereldberoemde klassiekers van de Amerikaanse componist Burt Bacharach – lijkt ze boven zichzelf uitgestegen. Haar album The Look Of Love is adembenemend mooi, maar als je Trijntje life met het Metropole Orkest ziet optreden, zet ze de tijd stil. Er staat een wereldzangeres op het podium. She’s got it of – om met Henkjan Smits te spreken – ze heeft de X-factor. “Achteraf was ik er zelf ook ondersteboven van,” zegt ze. “Het voelt echt of ik heel erg op mijn plek ben. Die liedjes maken mij gewoon mooier.”

Na het succes van haar eerste tour, eind 2006, werden onlangs nog twee extra concerten in de Heineken Music Hall gegeven. De tienduizend kaartjes waren zo uitverkocht. Hoe voelt dat om voor zo’n volle zaal te staan? Trijntje: “Die concerten waren fantastisch. Het klonk prachtig met het orkest en de sfeer was zo intens. Iedereen in de zaal zat muisstil te luisteren. Ik zag mensen op de eerste rij met tranen in hun ogen. Zelf kon ik ook wel huilen van geluk.”

Luxeproblemen. Heb je wel eens last van podiumangst? “Nee, dat heb ik eigenlijk nooit gehad. Vroeger, toen ik net begon met Total Touch begon, had ik wel eens een periode waarin ik niet lekker in mijn vel zat, toen voelde ik me soms ongemakkelijk op het podium. Nu ben ik vooraf hooguit wat gespannen, maar dat is wel logisch. Het heeft iets onnatuurlijks om op een podium te staan terwijl iedereen naar je kijkt. Ik ben niet bang om te zingen. Dat maakt het wel makkelijker, maar ik moet het niet zelf terugzien.” Waarom niet? “Ik heb altijd van alles op mezelf aan te merken. Ik vind mezelf te dik of ik zie weer een zweetdruppeltje in mijn gezicht. Daar baal ik dan van. Maar het zijn wel luxeproblemen. Ik heb er nooit een plaat minder om verkocht.”

Icoon. Klassiekers als I’ll never fall in love again, Walk on by en That’s what friends are for – ze lijken persoonlijk voor Trijntje geschreven, maar Burt Bacharach componeerde de nummers ruim vóór haar tijd, voor andere sterren. Frank Sinatra, Aretha Franklin, Dionne Warwick en Elvis Costello zijn niet bepaald de minste voorgangers. Toen Trijntje het idee kreeg om een aantal Bacharach-songs te gaan vertolken, was het even afwachten hoe de reactie aan de andere kant van de oceaan zou zijn. Trijntje: “In Amerika is Burt Bacharach echt een icoon. Toen we daar bij aankomst op het vliegveld vertelden dat we met Burt Bacharach gingen opnemen, lachten ze ons gewoon uit: ‘Yeah, right.’ De samenwerking ging heel goed en Burt is ook blij met het resultaat.”

Hoe blij blijkt wel uit zijn persoonlijke noot op het albumhoesje: ‘I loved recording with her, she is so damn good and so musical. Consider her a national treasure.’ Trijntje: “Toen ik dat las dacht ik wel, wat hierna nog?”

Hartenwens. Goede vraag. Wat zijn je plannen? “We gaan met het hele orkest optreden op het North Sea Jazz Festival. Daar verheug ik me enorm op. Maar mijn grootste droom is toch wel om een keer samen met Burt Bacharach op te treden. Dat lijkt me echt kicken. In Nederland zou hij misschien niet eens herkend worden, dus het is niet eens een commerciële move, meer een artistieke hartenwens.” Gaat die in vervulling?  Trijntje, lachend: “Die kans zit er wel in.”

En daarna? “Voorlopig ben ik nog druk met het project. Er is net weer een single uit. En ik treed ook nog op met mijn band; dat vind ik ook heerlijk. En natuurlijk genieten van mijn kinderen.”

Trijntje is inmiddels moeder van twee zonen. De jongste is nog geen jaar oud. Een leeftijd die meestal goed is voor gebroken nachten. Hoe doet ze dat als ze de volgende dag moet optreden? “Voor zo’n optreden als in de Heineken Music Hall moet je stem echt in topconditie zijn. Ik heb toen twee nachten in een hotel gelogeerd. Als ik met mijn band optreed, is een beetje heesheid niet zo erg, maar met dit repertoire kan dat echt niet. Gelukkig is twee nachten nog wel te overzien.”

X-factor. Waarschijnlijk herinnert iedereen zich nog wel Trijntjes doorbraak. Tijdens de opening van de Amsterdam Arena maakte ze een verpletterende indruk met De zee. Kort daarop scoorde ze samen met  broer Tjeerd de tweede Total Touch-hit. Daarvoor had ze al ook twee jaar rondgetoerd met saxofoniste Candy Dulfer. Trijntje had dus geen Idols of X-factor nodig, maar wat vindt van ze die talentenjachtprogramma’s? “De eerste keer dat ik Idols zag, vond ik het vooral een soort leedvermaak. Daar kwam ook niet zoveel uit. Daarom denk ik dat de echte talenten er niet aan mee willen doen. Toch is dat wel jammer. In Amerika en Engeland komen er wel talenten uit naar voren. Waar krijg je zo’n geweldig podium? Je moet ook maar hopen dat je het op eigen kracht redt. Platenmaatschappijen investeren niet zo snel in een artiest. Als ik nu zou beginnen, zou ik het misschien wel overwegen.” Zien we haar nog een keer in de jury? Trijntje, resoluut: “Ik word wel gevraagd, maar ik vind het nu zonde van mijn tijd. Ik heb nog zoveel te zingen. Bovendien heb ik zelf het meest geleerd van kijken naar andere artiesten. Hoe gaat Chaka Kahn op een kruk zitten? Hoe zingt Joni Mitchell? En Roberta Flack en Stevie Wonder? Kijken en luisteren. Daar leer je van!”

Dan ziet Trijntje opeens het nummer van Topics met Kim Wilde op de cover. “Wat ziet ze er nog goed uit!” roept ze enthousiast. “Dat zal ook wel een beetje Photoshop zijn, maar toch. Kom ik ook de cover? Leuk!”

Topics, juni 2006, magazine StarJob, reclamebureau: Campaigns&Results, foto’s: Pulse Management, tekst: Moniek Moorman

 

 

%d bloggers liken dit: